SGA-Consultancy

  • Twitter
  • Google Plus
  • Linked in
  • Facebook

Wijziging toetsing besluiten op herhaalde aanvragen en verzoeken om terug te komen van besluiten

De Centrale Raad van Beroep onderschrijft in zijn uitspraak van 20 december 2016 de gewijzigde rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State over de toetsing door de bestuursrechter van besluiten op een herhaalde aanvraag of een verzoek om terug te komen van een besluit.

Bij uitspraak van 23 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:3131, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) haar rechtspraak over de toetsing door de bestuursrechter van besluiten op een herhaalde aanvraag of een verzoek om terug te komen van een besluit gewijzigd. De Raad onderschrijft de uitspraak van de Afdeling en neemt de daarin onder 3.2 tot en met 3.7 gegeven overwegingen over. Dit betekent dat ook de Raad met onmiddellijke ingang de in de overwegingen 3.2 tot en met 3.6 van de uitspraak van de Afdeling weergegeven nieuwe lijn hanteert.

Uitgangspunt is aldus dat een bestuursorgaan in het algemeen bevoegd is om een herhaalde aanvraag inhoudelijk te behandelen en daarbij het oorspronkelijke besluit in volle omvang te heroverwegen, ook als de rechtzoekende aan de herhaalde aanvraag geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden ten grondslag heeft gelegd. Het bestuursorgaan kan er ook voor kiezen om, als er volgens hem geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden zijn, met toepassing van artikel 4:6, tweede lid, van de Awb de herhaalde aanvraag af te wijzen onder verwijzing naar zijn eerdere afwijzende besluit. Voor het – nieuwe – toetsingskader is van belang welke keuze het college in het voorliggende geval maakt.

In de uitspraak van 20 december 2016 oordeelt de Centrale Raad van Beroep dat het college van B&W ten onrechte een faxbericht niet als aanvraag om bijzondere bijstand had aangemerkt. Op die aanvraag moet het college alsnog beslissen. Omdat het gaat om een herhaalde aanvraag als bedoeld in artikel 4:6, eerste lid, van de Awb, is voor het – nieuwe – toetsingskader, van belang welke keuze het college in het voorliggende geval maakt.

De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.

Dit is een nieuwsbericht op basis van de genoemde uitspraak van de Centrale Raad van Beroep. Bij verschil tussen dit nieuwsbericht en de volledige uitspraak is laatstgenoemde beslissend.

Uitspraak: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:CRVB:2016:4872

Bron: Rechtspraak.nl